Benodigdheden voor 3 grote broden van +- 1 kg:

975 ml lauw water
25g zout
90g verse gist van bij de bakker (of 2 kleine pakjes Bruggeman gist)
900g witte bloem
900g tarwe bloem (of een andere donkere bloem soort)
100g mix van zonnebloempitten, maanzaad, lijnzaad
3 broodbakvormen

Bereidingswijze: (manuele manier)

Giet het lauw water in een grote kom. Voeg de gist toe en laat deze goed oplossen door de gist te pletten tijdens het toevoegen. Voeg het zout toe aan het water.

Maak op je werkoppervlakte een kring met beide bloemsoorten. Zorg dat er een kuiltje van 20 cm overblijft midden in de kring. Giet nu voorzichtig een deel van het lauw water in de kring, en kneed voorzichtig de massa tot een stevig maar soepel geheel. Voeg beetje per beetje alle ingredienten toe totdat je een goed rekbare klomp deeg hebt. Als de deeg te vochtig is en dus te veel kleeft, kun je gerust wat bloem toevoegen. Is ze te hard, voeg dan gerust wat extra warm water toe. Het belangrijkste is dat je de soepelheid goed aanvoelt en eventueel corrigeert. Goed kneden gedurende een 10 tal minuten. Een keukenrobot haspelt dit zonder moeite af in zo’n 4 minuten.

Leg de klomp deeg op een groot bord of plaat. Leg er een droge keukenhanddoek over en laat ze gedurende 45 minuten rijzen in een zo warm mogelijke en tochtvrije (!) ruimte.

Na deze eerste rijsbeurt, verdeel je de klomp deeg in 3 gelijke stukken. Kneed ze alle 3 kort in vorm, en leg ze vervolgens in hun bakvorm. Leg de bakvormen op een ovenplaat, overdek ze terug met een keukenhanddoek en laat ze terug gedurende 30 minuten in dezelfde ruimte rijzen.

Na 30 minuten rijzen laat je de oven voorverwarmen op 180 graden. Dit duurt normaal gezien nog zo’n extra 15 minuutjes. Laat het brood ondertussen onaangeroerd.

Als de oven warm is, breng dan de ovenplaat zo snel mogelijk in de oven. Dit is een cruciale faze. Indien je teveel treuzelt terwijl de keukenhanddoek er af is, loopt het brood het risico wat in te zakken. Laat de broden gedurende 55 minuten op 180 graden bakken.

Haal hierna de broden uit en haal ze direct uit de bakvormen. Laat de broden afkoelen op een rooster, zodat de onderkant niet vochtig wordt. Na een uurtje kun je smullen !

Als je de broden invriest, snij ze dan niet vooraf, maar vries ze in hun geheel in. Zo droogt het brood niet uit.

Benodigdheden voor 4 personen:

400 g visfilet in blokjes
200 g Noordzeegarnalen
2 liter visfumet
2 glaasjes vissaus
150 g gemalen Nazareth-kaas

Voor de vissaus:

150 g boter
150 g bloem
1 l visfumet
1 l room
1 dl witte wijn
peper en zout

Bereidingswijze:

De visblokjes pocheren in de visfumet tot ze halfgaar zijn.

Voor de vissaus: de boter smelten en de bloem eronder mengen, de visfumet eronder mengen, de witte wijn en room toevoegen, tot de helft inkoken en kruiden met peper en zout.

Van het vuur de gemalen kaas en de garnalen onder de vissaus roeren.

De visblokjes in een vuurvast schoteltje schikken en overgieten met de saus. Er nog wat gemalen kaas over strooien en laten gratineren in een voorverwarmde oven op 200°C. Afwerken met wat gehakte peterselie.

Serveren met stokbrood of puree.

Benodigdheden voor 4 personen:

250 g gerookte Atlantische zalmfilet
2,5 dl room
1 dl melk
4 eieren
1/4 bosje bieslook
1/4 bosje peterselie
1/4 bosje dragon
1/4 bosje dille
1 vel bladerdeeg
250 g gedroogde witte bonen
een mespuntje nootmuskaat
peper en zout

Bereidingswijze:

Een taartvorm van ca. 25 cm diameter bekleden met het bladerdeeg en met een vork gaatjes prikken in de bodem. Op het deeg een vel aluminiumfolie aanbrengen en daarop de witte bonen schikken (zo voorkom je dat het deeg zou rijzen tijdens het voorbakken). Gedurende een zevental minuten laten bakken in een voorverwarmde oven van 180°C.

Ondertussen de eieren loskloppen met de room, de melk, het peper, het zout, de nootmuskaat en de fijngehakte kruiden.

De gerookte zalm in reepjes snijden. De taartbodem uit de oven halen, het vel aluminiumfolie en de bonen verwijderen. De bodem beleggen met de zalmreepjes, overgieten met het eiermengsel en nog 30 a 45 minuten verder laten bakken in de oven. De quiche in porties verdelen en serveren op warme borden.

Benodigdheden voor 4 personen:

300 g visfilet in blokjes
75 g Noordzeegarnalen
75 g mosselen (gekookt, zonder schelp)
2 wortelen
1 preiwit
1 liter visfumet
3 dl room
20 g boter
gehakte peterselie
peper en zout

Bereidingswijze:

De wortelen en de prei wassen, schoonmaken en in kleine blokjes snijden.

De boter smelten in een pan en de fijngesneden groenten glazig fruiten.

De visfumet en de room bij de groenten voegen, al roerend aan de kook brengen en de visblokjes erin pocheren.

Net vóór het opdienen de garnalen en de mosselen toevoegen en op smaak brengen met peper en zout. Serveren in warme soepkommen en rijkelijk bestrooien met gehakte peterselie.

Een succesreceptje van schoonbroer Filip

Benodigdheden per persoon:

1 ei
1 soeplepel griessuiker
1 reep fondant/noir de noir chocolade
(Callebaut of Cote d’or)

Tip vooraf:

Maak geen té grote hoeveelheid in 1 keer (max. 6 p.).

Aan de slag:

Smelt de chocolade (in de microgolf of ‘au bain marie’) zodat je een mooi lopende massa krijgt.
Scheid ondertussen eigeel en eiwit. Doe de eiwitten in een kom en klop goed stijf. Doe eigeel en suiker in een andere kom en klop romig.
Voeg de gesmolten maar niet meer té warme chocolade toe.
Flink kloppen. Hoe meer je klopt, hoe luchtiger het resultaat. Dit kan met mixer of keukenrobot.
Als de massa goed geklopt is, voeg je er beetje bij beetje het geklopte eiwit bij. Gebruik op dit moment de mixer NIET meer, maar klop voorzichtig met de hand met een houten lepel.
Als de eiwitten goed onder de massa zijn gemengd, is de mousse klaar.
Verdeel over een aantal potjes.
Laat een paar uur opstijven in de koelkast.